Zonder een album sloopte Prins S. en De Geit afgelopen zomer al menige tent met hun veelbewogen shows. Nu kunnen we ook los in de huiskamer, want de Prins heeft een plaat gemaakt. Op Rood Staan Hard Gaan brengt het Haagse drietal uiteenlopende elektronische pop met aanstekelijke teksten samen tot een verzameling driftige hits.

door Mats Burgering

De meeste singles zoals Rikkie, Kladblok en Kinderboerderij (keiblij) zullen voor velen al bekend in de oren klinken. Vooral het laatstgenoemde nummer blinkt uit als absolute tentafbreker met een aanstekelijk refrein dat al na één herhaling leidt tot het enthousiast meescanderen. Het album is van top tot teen gevuld met beukende maten en electronica, afgegoten in grimmige house, hardstyle of juist opgewektere pop. De verscheidenheid in genres wordt al helemaal tentoongesteld tijdens de nummers Rood Staan Hard Gaan en Kan Je Niet Maken, waarin het dichten van Scott Beekhuizen samengaat met een terugkeer van haperende dubstep. De poëzie is beladen met beeldspraak, zoals in het openingsnummer, waarin een metaforisch kladblok wordt uitgebeeld als een aanlokkelijk lichaam waar hij zijn zinnen op zet. Op rijmende wijze vertelt Prins S. verhalen over thema’s die passen in het nachtleven; drugs, nachtelijke snackbarbezoeken en zijn vrienden Kim, Stefan, Rikkie en Yousef waarmee hij de avond, nacht én ochtend doorbrengt. 

Rood Staan Hard Gaan weet de volledige ervaring van een wilde nacht vast te leggen in hun unieke – en écht Haagse – sound. De zon is inmiddels opgekomen als je om acht uur ’s ochtends je straat in strompelt en de vogels al hoort tjilpen. Je bent tot het gaatje gegaan met Prins S. en De Geit; een intensieve nacht gevuld met stuiterende menigtes, drugs en getier.