Eind vorig jaar verscheen het debuutalbum van Meskerem Mees. Dat was een groot succes en dus stond ze afgelopen jaar volop op de planken van een groot scala aan Europese podia. Tijd om aan nieuwe nummers te werken was er nauwelijks en dus zag het er naar uit dat er in 2022 geen nieuw album zou verschijnen. En dat klopt, want de opvolger van Julius, die heel toepasselijk Caesar is getiteld, bevat naast enkel nieuw nummer vooral oud, niet eerder verschenen werk, een cover en een gedicht.
Less is more is nog steeds het credo en dus horen we Mees in minimale nummers zichzelf begeleiden op akoestische gitaar, terwijl in de meeste arrangementen ook ruimte is voor cello door Frederik Daelemans die zo nu en dan ook tekent voor de achtergrondzang. Het duo klinkt als een match made in heaven. Op het openingsnummer The City, dat reeds uit 2017 dateert, steelt Mees nog vooral zelf de show en is Daelemans slechts subtiel te horen, maar op Best Friend horen we hem al meer.
Meskerem is, zoals ze zelf zingt “Nobody’s baby, but everyone’s best friend” en dat zou naast less is more zomaar het motto van deze acht nummers tellende ep kunnen zijn, want op het enigszins manisch gezongen The City na, moet dit het gros van muziekliefhebbers toch enorm aanspreken. Doesn’t Matter en laatste single Try You Might, zijn schoolvoorbeelden van rustige singer-songwritermuziek, luisterliedjes voor eender welk moment van de dag. De cover Cod Liver Oil and Orange Juice, moet gewoonweg de goedkeuring van de schrijver, de Schotse cultfolkzanger Hamish Imlach, kunnen wegdragen.
Bij het slotnummer, nou ja, -gedicht, denk ik met warme gedachten terug aan het optreden van Mees op Motel Mozaïek, afgelopen voorjaar. Om het voor te dragen klom ze op het spreekgestoelte van de imposante kerk waar ze destijds optrad. Het enige dat ontbreekt aan de versie op Caesar is het ‘Amen’, waarmee ze haar voordracht toen afsloot. Ik kan niet helpen het er zelf bij te denken.
Deze ep is misschien niet het langverwachte tweede album van Meskerem Mees, maar het zij zo en hoewel er veel ouder werk op staat serveert Mees ons geen opgewarmde kliekjes. Sterker nog, Caesar klinkt als een volwaardig vervolg op Julius. Hulde daarom ook aan producer Koen Gisen, die net als voor het debuut, wederom tekende voor de productie.