De zwaar overstuurde baslijnen zijn het leitmotiv op het derde album van Special Interest Edure. Die bas zet letterlijk en figuurlijk de toon voor een plaat waar je koude rillingen van krijgt. Van afschuw soms, vanwege de duistere sfeer die het uitstraalt, soms van het bombardement aan dissonante muzikale informatie die over je wordt uitgestort. Geen gemakkelijk album, wel fascinerend.
Special Interest werkte aan het album in de Covid-jaren en gebruikte het als uitlaatklep, een weg naar het vinden van plezier, maar ook het uitkotsen van de ellende. Niet enkel reagerend op de isolatie, maar ook over de aanhoudende politieke situatie. De teksten staan bol van druggebruik, je uitzinnig uitleven, discriminatie en geweld. Agressie, boosheid en genot in een ademtocht. De vocale uithalen van Alli Logout doen soms denken aan Mothers Finest’ Joyce Kennedy. Ze stort voortdurend een stroom woorden over ons heen. Vaak aardig dissonant, alsof ze haar eigen ding doet en zich weinig gelegen laat liggen aan de muziek van de band.
Muzikaal is het een al even verwonderlijke mix van stijlen. Disco en hardrock, house en de machinale beats van duistere acts uit de jaren tachtig als Coil en Clock DVA. Het maakt Special Interest tot een gedroomde band voor een soundtrack van een cyperpunx-blockbuster, ook visueel. Claustrofobisch met het energielevel voortdurend in het rood; je hoofd voelt aan alsof het elk moment kan exploderen. Dat is niet fijn en produceert een gemene druk binnen je hersenpan. En toch blijf je maar luisteren, want die nihilistische subcultuur in de kelder blijft toch aan je trekken. En dan komt ineens een track als Midnight Legend voorbij, radiovriendelijk, als een track van een album van Santigold. En single (Herman’s) House is een relatief toegankelijke track – goed dansnummer ook – in vergelijking met de rest. Maar snel genoeg leidt Alli Logout ons terug die nachtmerrie in. Brrr…
Special Interest speelt 10 november in V11