No, no, no, no, no, it’s a dollar billl, it’s a dollar bill. Het lijkt alsof het duo Dylan Hadley en Cole Berliner de microfoon heeft opengezet en maar iets probeert. Resultaat: een liedje getiteld Chariot On Top, en bijna 2 minuten pure absurditeit waar Barend Servet zich niet voor zou schamen. Die indruk wekt Mint Chip, het tweede album van Kamikaze Palm Tree, alle 14 liedjes lang. Het is alsof Deerhoof is gefuseerd met een Japanse minimalistische indieband zoals Tenniscoats. Maar dan met de absurdknop op 10.
Alle conventies rond het maken van muziek zijn hier de deur uit gepleurd. Dylan Hadley en Cole Berliner grossieren in dissonanten – de instrumenten zijn eigenlijk voortdurend uit stemming – en bizarre teksten. En toch ontstaat er in alle chaos af en toe iets aardigs om naar te luisteren, zoals onkarakteristiek coherent The Hit. Al spelend met grappige vondsten: in Stabilo wordt gespeeld met het verleggen van de klemtoon in het woord – is het nu Stabilo, of Stabilo? – en ontstaat er als het ware bij toeval iets dat werkt. Maar een enkele keer schiet het echt door naar Yoko Ono-gefröbel-proporties, zoals in Smoke On The Milk, But My War. Maar dan is Kamikaze Palm Tree ook echt niet uit te staan!