Met een overdaad aan zelfspot karakteriseert Johnny Lynch oftewel Pictish Trail zichzelf in een video als een muzikant die wel erg ‘niche’ is. De Schot die op het honderd zielen tellende eilandje Eigg is neergestreken, vindt zichzelf ondertussen ook een man die eigenlijk een hekel heeft aan natuur en buitenleven. Op de hoes van zijn inmiddels vijfde album zien we hem naast enorme groen uitgeslagen rotsen, waarop ook als bizarre buitenaardse wezens verklede figuren staan. En Johnny zelf is nou niet wat je noemt een gesoigneerde man: ruig haar, ongeschoren, altijd met een petje op.
Alles, maar dan ook echt alles aan Pictish Trail straalt onaangepastheid uit. En natuurlijk komt dat met golven uit zijn muziek stromen. Het is indie-folk, het is dansmuziek met metaluitbarstingen, het is psychedelisch maar vooral ook knotsgek en gelardeerd met rare geluidjes, vaak doen denken aan 8-bit speelcomputer-sounds. Maar tegelijk ook verleidelijk om naar te luisteren, en dat is eigenlijk best gek. De eigenzinnigheid spat er vanaf. Wat je hoort en ziet is onversneden Johnny Lynch, en die zit er duidelijk niet mee wat jij er van vindt.
En precies dat maakt Island Family een hartstikke leuke vrolijke plaat om tot je te nemen. De grenzeloze creativiteit vliegt je om de oren en tegelijk wordt je af en toe verleid door super dansbare baslijnen en beats, maar altijd komt er dan weer een haakse afslag waar je even van bij moet komen. Het is soms net zo gek als Osees, soms dampend swingend als Warmduscher, stuitend stuiterend en en springerig als gabber, humoristisch en over the top als The Flaming Lips, overweldigend als Death From Above of melodieus als Badly Drawn Boy.