Dat het eenzaam is aan de top, mag genoegzaam bekend zijn. Maar ook in het dal kun je je soms behoorlijk allenig voelen. Wanneer je je, zoals ondergetekende, niet te groot voelt om ook voor feesten en partijen als plaatjesdraaier op te draven – waarbij je je persoonlijke, exquise smaak voor een paar uur in de ijskast zet – en er niet voor terugschrikt om ook grijsgedraaide hitjes de revue te laten passeren, dan kom je soms tóch nog van een koude kermis thuis. Het gebeurt gelukkig maar hoogst zelden, maar een enkele keer beland je op een feest die naam niet waardig. Het is er minder gezellig dan bij de koffietafel na een crematie en zelfs al zou je de aanwezigen trakteren op wat stroomstoten op de edele delen, dan nog is er geen beweging in te krijgen. Hoe je ook je best doet, het aanwezige volk valt niet te verheffen en je vraagt je af waarom er überhaupt voor een dj is gekozen, terwijl de feestvierders net zo goed op de radio hadden kunnen afstemmen. Nou is een avond plaatjes draaien nog altijd leuker dan werken in een kobaltmijn en ook op mijn toilet hangt een wandtegeltje met de tekst ‘pecunia non olet‘. ‘Crying all the way to the record shop‘, om Liberace te parafraseren.
Daarom – en niet alleen daarom – is het prettig om als dj-duo de baan op te gaan. Gedeelde vreugd is dubbele vreugd en gedeelde smart is halve smart tenslotte. Wanneer een feest zo dood is als een pier, kun je tenminste nog op elkaar terugvallen en elkaar tot steun zijn. Die steun vertaalt zich dan steevast in oeverloos geouwehoer. De aanwezige gasten worden geobserveerd en besproken, het voetbal en het laatste nieuws worden doorgenomen, Koot & Bie en Jiskefet-imitaties worden ten beste gegeven, gitaarsolo’s die op plaat voorbij komen worden zo vals mogelijk mee ‘gezongen’ en de meest flauwe, grove en smakeloze grappen worden opgedist. Uiteraard allemaal ruim buiten gehoorsafstand van de aanwezigen, want ‘Feind hört mit‘. Voor je het weet word je gecanceld en is je dj-carrière – hoe marginaal ook – om zeep.
Je mot toch wat, om de stemming er tenminste bij jezelf in te houden. Voorbeelden van bijzonder laagdrempelige humor om te lachen? X: ‘Mmm, ik zie daar wat bewegen. Volgens mij wordt er aanstalten gemaakt om te dansen’. Y: ‘Nou nee, lijkt me meer een gevalletje Parkinson’. Nog meer ongein? Het letterlijk vertalen van Engelse teksten naar het Nederlands en die over het spelende liedje meezingen, waarbij een ‘Oh baby’ dan ‘Oh zuigeling’ of ‘Oh pasgeborene’ wordt. Ook een bron van vermaak: teksten verbasteren. Zoek er zelf de bijbehorende songs bij: ‘Her name was Lola/She had ebola‘ of ‘Maybe you’re gonna be the one that shaves me‘. Ja, een dag niet gelachen is een dag niet geleefd.
Na het spelen van het laatste liedje op zo’n ten dode opgeschreven feest, volgt dan – waar we ons in Nederland ook bevinden – steevast een welgemeend ‘Thank you Belgium, we love you!‘
Martin Garrix, Tiësto, Armin van Buuren, eet je hartje uit.
DJ 45Frank