Drowning In An Inflatable Pool is het nieuwe album van de uit de San Francisco Bay Area afkomstige singer-songwriter Scott Mickelson (artiestennaam Mickelson). Een album dat tekstueel als een protest tegen het beleid van opper-dombo Donald Trump uitgelegd kan worden, maar volgens Mickelson zelf toch vooral een aanklacht is tegen de huidige staat waarin de Verenigde Staten verkeert: een donkere, macabere kermis. Maar bovenal is Drowning In An Inflatable Pool een intrigerend rock album geworden.
Door: Ronald Renirie
De rauwe, emotioneel geladen stem van Mickelson doet vooral denken aan Pete Yorn, de Amerikaanse liedjesschrijver die in 2001 opzien baarde met zijn debuut Musicforthemorningafter, maar die het niveau van dat album nadien nooit meer haalde. Sterker; Yorn mocht willen dat hij ooit nog een pak liedjes weet te bundelen zoals Mickelson op zijn nieuweling doet. Maar het zijn niet alleen de sterke nummers die dit album boven de middelmaat doen uitstijgen.
De acht songs zijn goed verzorgd, zowel qua zang, als wat betreft muzikale arrangementen. Luister maar eens naar de slepende pianopartijen in Rich, of de subtiele blazers in het titelnummer. Maar ook de kraakheldere en tegelijkertijd rauwe productie, zowel in de uptempo als in de slepende tracks, tillen Drowning In An Inflatable Pool naar een bovengemiddeld niveau.
Heel veel commerciële potten zal Mickelson misschien niet gaan breken, maar de liefhebbers zullen dit album zeker op waarde weten te schatten. Een plaatje voor fijnproevers dus.