Veelzijdig Vestrock kachelt zaterdag vrolijk door 

De tweede dag van Vestrock is grijs. We praten dan over de lucht die boven het festival hangt en niet over de bands of de bezoekers, al valt bij bijvoorbeeld Dinosaur Jr op dat de gemiddelde leeftijd van de bezoekers opeens wel heel hoog is. Toch blijkt ook de tweede festivaldag, die van meet af aan druk bezocht is, voor elk wat wils te bevatten. Vrijwel continu is er een dj, bij het kleine podium dat wordt gesierd door een draaiorgel, direct links van de ingang, maar dat is vooral leuk voor wie niets van zijn gading kan vinden in het eclectische programma, dat als vanouds bestaat uit diverse muziekstijlen van zowel opkomende als gevestigde acts.

Tekst: Theo Stepper Foto’s: Harrij Stekel en Vestrock (VR)

Voor mij is de rode draad weer de Kapel. Zodra er ingewikkelde keuzes gemaakt moeten worden, check ik de locatie, en bij twijfel bezoek ik het optreden in de kleine Kapel. Ervaring leert mij dat ik zelden of nooit wordt teleurgesteld, al zijn er altijd anderen die mij trachten te overtuigen dat ik toch echt iets heb gemist door niet naar de main stage of de Tent te zijn gegaan. Soit, dat is ook festivallen! 

Martijn Fischer en The Young Ones

Toch ben ik traditiegetrouw bij het grote podium op de op van de weide bij aanvang van de optredens voor een uniek concert. In 2024 bestaan ze 35 jaar. Je kunt daarom gerust stellen dat Hulster orkest The Young Ones een begrip is in het vestigstadje. En dus lijkt het heel logisch om dit orkest te vragen om op te treden op Vestrock, maar het is hoe dan ook een mooi gebaar. Omdat het ensemble naast blazers en piano ook bestaat uit slagwerkers en gitaristen, is het zeer veelzijdig, zoals ook vandaag blijkt. Samen met Martijn Fischer doet The Young Ones de muziek van André Hazes herleven. Dat Fischer dit geloofwaardig kan, bewees hij eerder op het Museumplein en in de Ziggo Dome tijdens Holland zingt Hazes. Ook speelde hij André Hazes in de Joop van de Ende musical Hij Gelooft In Mij en in de film Bloed Zweet en Tranen. Vandaag kruipt hij wederom moeiteloos in de huid van de Amsterdamse smartlapartiest en dat doet hij zo overtuigend dat mijn kater als gevolg van te weinig slaap als sneeuw voor de zon verdwijnt. Het is een gouden greep van de organisatie, want het blijkt best een goede remedie om met een kop koffie in de hand luidkeels het uitgebreide repertoire van Hazes mee te zingen en zo de laatste nevels uit de kop te verdrijven, zodat ik op mijn qui vive ben voor wat verder volgt vandaag. 

Kind Human (VR)

Het optreden van Kind Human is onderdeel van de Popaanzee Academy zomertour. Dat is een coachingstraject voor bands, acts en/of solo-muzikanten uit Zeeland, die de sprong naar nationale bekendheid willen wagen. Ze worden een jaar lang intensief begeleid en krijgen de kans om op te treden op Zeeuwse festivals zoals in dit geval op Vestrock. Het half uur durende optreden van Kind Human, het muzikale project van Isabelle van Beek, kan dus gerust als een try out worden beschouwd. De zeven nummers, waaronder Fucked Again, over verliefd worden terwijl je het niet wil en mijn favoriet van vandaag, Hey Human, die ze ten tonele brengt, zijn volgens mij hartstikke nieuw. Met haar dromerige indiepop die zowel door gitaar als synthesizers wordt gekenmerkt en waar de drummer voor een lome beat zorgt, creëert ze een relaxte sfeer, die tijdloos aanvoelt, maar niet is gespeend van een zekere nostalgie. Met haar kwetsbare teksten houdt ze het publiek een spiegel voor, want laten we wel wezen, wie worstelt zo nu en dan niet met de uitdagingen die de hedendaagse wereld voor ons in petto heeft? Al met al is het een geslaagde try out die behoorlijk druk wordt bezocht en is de indruk die ze achterlaat er een van een aardig mens. 

De volgende activiteit is bieryoga. In no time is de houten vloer van de Kapel bezaaid met matjes. Er worden flesjes bier uitgedeeld. Ik was niet van plan om al zo vroeg op de dag te drinken, maar nood breekt wet, en ik wil dit wel eens meemaken. Het is een van de leukste dingen die ik tot nu toe heb meegemaakt. Houdingen die voorbijkwamen waren de benevelde kikker, kindje korsakov, poeslazarus, bierhemel en dode geit. Na afloop van de les is het flesje leeg en staan de lachspieren aan.  

Zen Link

Aansluitend aan de bieryoga volgt er direct een optreden van Zen Link. Dat staat verder los van yoga, maar de man staat nu eenmaal geprogrammeerd in de Kapel. Hij is vandaag niet met zijn volledige band en daarom is het optreden akoestisch. Geflankeerd door twee gitaristen vertelt de singer-songwriter met zijn nummers een persoonlijk verhaal. Dat begint met twee nummers uit de tijd voordat hij zijn muzikale aspiraties aan de wilgen hing. Beide nummers zijn redelijk uptempo, en met name Axl Rose, een ode aan de zanger van Guns ’n Roses, is ronduit feelgood. Maar dan deelt Link een uiterst triest verhaal. We horen waarom hij stopte met muziekmaken en hoe hij dat weer heeft opgepakt als zingeving na de dood van een van zijn kinderen. Het emotioneert de zanger zichtbaar, en tijdens Gone Not Lost breekt zijn stem eenmalig, wanneer het publiek participeert met ‘ooooh-oh-ooh’s’ tijdens het refrein, zodat hij zich met tranen in zijn ogen herpakt. Door te schakelen naar het zomerse As Long As I Have You, wederom met publieksparticipatie, slaat de sfeer ten goede om en het is dat ik een afspraak heb met een andere band bij een ander podium, maar anders was ik zeker blijven plakken. Zen Link is indrukwekkend mooi en bij dezen de oproep om zijn muziek eens te checken. 

Another Sky

De bandnaam is afkomstig uit een dichtregel van Emily Dickinson: “There is another sky, Ever serene and fair, And there is another sunshine, Though it be darkness there.” Another Sky is in dit gedicht een metafoor voor een betere wereld. Welnu, wie een optreden van Another Sky bijwoont, waant zich ongetwijfeld in een betere wereld, want onder aanvoering van zangeres Catrin Vincent worden we getrakteerd op een sprookje van ongekende schoonheid. De band uit Londen balanceert continu op een dunne lijn tussen ingetogen en opgetogen en hoewel de meeste nummers op het eerste gehoor vrij rustig zijn, weet Another Sky de intensiteit geregeld danig te verhogen, zodat gerust van indie met een randje mag worden gesproken. Dat er veel nummers voorbijkomen van het recent verschenen album Beach Day, waaronder het nummer Beach Day zelf, dat gaat over een nudistenstrand, wil niet zeggen dat er geen aandacht is voor nummers van debuutalbum I Fell On The Floor. En hoewel Beach Day feller lijkt, blenden de verschillende nummers tijdens het optreden.verrassend goed, wat de diversiteit van dit toch al uitstekende optreden nog extra ten goede komt. Another Sky nestelt zich met gemak in de top drie van meest verrassende optredens van dit weekend. 

Mould

Na het metalgeweld van Fleddy Melculy op de eerste dag van Vestrock is het op de tweede dag van het festival aan het Zeeuwse Mould om het metalvaandel hoog te houden. Het vijftal doet dat op overtuigende wijze door een bak met doom, stoner, sludge en noise over het publiek van het kleinste podium uit te storen. De drie kwartier die Mould tot zijn beschikking heeft blijkt voldoende om het grootste deel van de nummers van zijn debuutalbum Pull & Repulsion dat slechts twee weken geleden uitkwam via Polderrecords ten gehore te brengen. “Slow en low, that is the tempo,” rapten The Beastie Boys al in 1986. Een vergelijking met de New Yorkers gaat overigens verder volledig mank, maar doordat Mould voor de lage noten gaat en deze aaneensmeedt tot een langzame stroom van zwaar metaal, maakt dat het toch een geslaagd motto zou kunnen zijn voor de band, die voor de liefhebbers van dit genre een uitstekende show neerzet, waarin de toch al lange en zware nummers nog even extra zwaar lijken te worden aangezet, wat zo nu en dan bij ondergetekende voor torenhoog kippenvel en koude rillingen zorgt. 

Quiet Hollers

Vorig jaar bracht zijn frontman, Shadwick Wilde, nog een uitstekende soloplaat uit. Het is een van de redenen dat ik de band Quiet Hollers zonder aarzeling aanvinkte in het blokkenschema. Gelukkig stelt de singer-songwriter met Nederlandse roots geenszins teleur. De mix van alt-country en pop ligt eenvoudigweg goed in het gehoor en vormt een aangenaam rustpuntje tussen het gitaargeweld van Mould en Dinosaur Junior. Toch is Quiet Hollers meer dan een adempauze, want sommige nummers blijken live outer adembenemend, maar ook bewijst Quiet Hollers dat het wel degelijk een rock ‘n roll band is met de mogelijkheid om te knallen. Wilde maakt daarover een opmerking: dat er toch best veel bands zijn die niet met hun handen en hun hart muziek maken, maar met elektronica. Zijn jullie daarom bij Quiet Hollers wil hij weten? Wat mij betreft een volmondig ja! Veel te vroeg naar mijn zin haast ik me naar het hoofdpodium, want ja, als je de kans hebt om Dinosaur Jr te zien… Bovendien speelt dat trio ook ambachtelijk. Vestrock moet Quiet Hollers nog maar eens terugvragen, dan ga ik er op zeker van begin tot eind bij zijn. 

Als we de break up in 1997 vergeten, dan bestaat Dinosaur Jr. vandaag de dag veertig jaar. Nadat de band in de originele bezetting (gitarist J Mascis, bassist Lou Barlow en drummer Murph) in 2005 een doorstart maakte, zijn er vijf albums verschenen. Hoewel er in de tussentijd wel wat is veranderd aan de muziek die het trio maakt, is er wel degelijk een rode draad te ontdekken. Het alternatieve lijkt wat minder, maar misschien komt dat ook omdat alternative steeds meer genormaliseerd is. Kenmerkend zijn nog steeds de lijzige, enigszins nasale zang van Mascis en zijn karakteristieke gitaargeluid. Het is hate it or love it, een tussenweg is er niet. Met twaalf studio-albums in het repertoire is er in elk geval ook op Vestrock genoeg te beleven. We noteren melodieus, beetje uptempo, groftandig, gierende solo’s, gruizig als steekwoorden. Veel nummers van het laatste album Sweep It Into Space, zoals onder andere Garden, waarvoor Mascis de bas hanteert en Barlow gitaar en zang voor zijn rekening neemt, maar gelukkig ook oudere nummers uit de tijd dat Barlow en Murph niet langer deel uitmaakten van Dinosaur Jr. Hoewel op de studio-albums het grungy geluid lijkt te hebben plaatsgemaakt voor een algemener indierockgeluid, laat Dinosaur Jr live wel degelijk zijn tanden zien tijdens het uur dat hem de mainstage is gegund. Wat hanteren die mannen gemakkelijk hun instrumenten! Het komt bijna ongeïnteresseerd over. En soms lijkt het wel of drie individuen losgaan, maar als je dan hoort hoe alles samenkomt, dan kan je niet anders dan glimlachen. Glimlachen ook om de roze bril en dito gitaar van Mascis, glimlachen om de verschillende kleuren sokken van Barlow en glimlachen om hoe degelijk Murph oogt, terwijl hij de band retestrak door de set roffelt, terwijl de meer flamboyante bandleden elk op eigen wijze invulling aan de nummers geven. Mascis omringt door een toren van versterkers, terwijl Barlow zijn deel van het podium volop gebruikt, zodat het een wonder mag heten dat hij niet uitglijdt op zijn kousenvoeten. En zo valt er veel te beleven en is daar alweer het einde, waarvoor men The Cure cover Just Like Heaven in petto heeft, die de band ook live op magistrale wijze in de vingers heeft  

En dan is het weer eens tijd voor een duivels dilemma. Gaan we voor kwantiteit, of voor noviteit? Kwaliteit zit namelijk zowel bij Girlband! als bij The Reytons wel goed. Eerstgenoemde is een vrouwelijk power-trio, laatstgenoemde een branievol indierock kwartet. Beide komen uit Groot-Brittannië, maar Girlband! klinkt Amerikaanser. Dat spreekt niet per se voor de dames, en bovendien hebben ze slechts twee singles op hun naam staan die eerder dit jaar uitkwamen. Maar ja, ze staan wel op het charmantste podium van Vestrock, dus… sorry boys, ik kies vanwege het overlappende tijdschema en in verband met de stelregel ‘bij twijfel, de kapel’, voor Girlband! 

Girlband!

Het is nog niet eenvoudig om Girlband! uit Nottingham in een hokje te plaatsen. Slechts twee singles hebben ze op zak, maar ze speelden al main stage op het Isle Of Wight festival. Met een idee van ‘top of flop?’ in mijn achterhoofd meld ik mij op tijd bij het damestrio, bestaande uit Georgie, kay en Jada. Het trio opent met een instrumentale jam die bedoeld lijkt als opwarmertje, maar die direct onder de huid kruipt. Al gauw stel ik tevreden vast dat ik mij dit gokje prima kon veroorloven, wat een energie! Dit is onvervalste girlpower die met ongelooflijk veel plezier en aandacht voor elkaar ten tonele wordt gevoerd. Punk met een popsausje, pop met een randje. Dat de jonge vrouwen hun mannetje staan had ik kunnen vermoeden dankzij de twee singles, die uiteraard ook voorbijkomen. Midden in de set is het de beurt aan 21st Century Suffragette dat gaat over female empowerment: het is puntig en stevig, maar dankzij het ‘na-na-na-na-naaaah’-gedeelte ook aaibaar. Not Like The Rest is de uitsmijter. Reeds in het eerste couplet wordt middels mooie metaforen de situatie geschetst van een coming out. “My school was so white, my town was so grey  /  I was a rainbow, had to hide away, hide away / On the 54 bus, she was my first crush / That’s when I knew I had to run away, run away.” 

Twee jaar geleden liep ik terug van een optreden in de kapel richting mijn laptop toen ik blij verrast werd door de muziek van de main stage. Wat miste ik nu weer? Ik checkte het blokkenschema en las Son Mieux. Klopt, die had ik niet geselecteerd, omdat je in die tijd werd doodgegooid met Multicolor op de radio en dat was toen voor mij veel te vrolijk. Nu mag je een boek niet beoordelen op zijn omslag, noch een wijn op zijn etiket, en dus blijkbaar een band niet op een single. Bovendien sta ik heden ten dage veel vrolijker in het leven, dus ga ik vandaag op herkansing, want ik kan mij herinneren dat de Haagse band rond Camiel Meiresonne, verdomd goed klonk. En dat doet het vandaag weer. De dansbare pop met disco-invloeden staan garant voor een energiek optreden. Dat ik niet de enige ben die er zo over denkt is wel duidelijk. Met moeite wurm ik mij naar voren door een compacte mensenmassa (sorry, mensen) tot ik een plekje vind met voldoende zicht en waar ik mijn stramme ledenmaten enigszins kan losdansen (wederom sorry). Omdat ik de muziek thuis niet draai, kan ik het niet met zekerheid zeggen, maar volgens mij kwamen er louter hits voorbij. Hier en daar werd enthousiast meegezongen en meegeklapt. Ik waagde een dansje (nogmaals sorry), dus ik kan niet anders dan concluderen dat Son Mieux een schot in de roos is op een toch al geslaagde festivaldag. 

Master Peace (VR)

Omdat zijn muziek als het op dansbaarheid aankomt wel in het verlengde ligt van die Son Mieux haast ik mij naar het optreden van Master Peace. Dat de kapel niet overdreven goed gevuld is mogen we de Britse indie poprockhiphopper nauwelijks aanrekenen. Dat schrijven we op het conto van Son Mieux, die nog aan het afronden is. Ondertussen is er dus ruimte genoeg om te springdansen op de opzwepende beats die de basis leggen waarover indie-riffs worden uitgerold terwijl Master Peace himself catchy teksten praatzingt terwijl hij zelf geen moment stil staat. I Might Be Fake en Loo Song, beide van zijn in 2024 verschenen debuutalbum How To Make A Master Peace, blijken floorfillers van jewelste maar dat geldt feitelijk voor alle nummers van de  setlist. Frontman Peace Okezie, die wel qua uiterlijk wel wat weg heeft van Def Rhymz, krijgt iedereen aan het schudden, terwijl muzikaal vergelijkingen met Klaxons, Bloc Party en LCD Soundsystem voor de hand liggen. Meesterlijk! En toch knaagt er iets, want je vraagt je af hoe dit zou klinken met live drummer en bassist. Niet dat je ze nu mist, want de keerzijde van de medaille is dat het geluid door gebruik van een backtrack retestrak is, behalve dat het podium er heel leeg en kaal uitziet. Maar goed, dat geeft natuurlijk wel de gelegenheid om het goede voorbeeld te geven, want deze muziek is gemaakt om te dansen en dat doen de drie bandleden, net als het merendeel van het publiek dan ook onophoudelijk.  

Wederom bevind ik mij op een spreekwoordelijke T-splitsing in het programma. Ik weet dat zowel links- als rechtsaf een mooie muzikale route in het verschiet ligt. En wederom kies ik voor het enerzijds het onbekende, en anderzijds de kneuterige knusheid van de tent. Dat betekent dat ik door velen voor gek zal worden verklaard dat ik niet naar Oscar And The Wolf ben gegaan. Mijn enige verweer is dat ik Max Colombie en consorten al enkele keren eerder zag. Bovendien ben ik meer een rocker dan een EDM-man. En dus kies ik voor een band die volgens de zanger van The Darkness, Justin Hawkins,  een van de beste rockbands van dit moment is en ik kan vast verklappen dat ik het volmondig met hem eens ben. Bovendien, wanneer je de kans hebt om één van de beste Australische liveacts daadwerkelijk live in actie te zien, dan moet je die kans grijpen, vind ik. Down Under is niet naast de deur, en al lag het dat wel, dan is het ongelooflijk groot. Iets wat niet kan worden gezegd van podium De Kapel, wat daarom een uitstekende ambiance biedt voor het ruige (blues- en hard-) rockgeluid van The Southern River Band. Met de laatste single, Vice City III, nog vers tussen de oren, kan ik mij geen betere afsluiter wensen. De muziek van het vuige viertal voldoet aan alle rock clichés maar sinds wanneer is daar iets mis mee? Zolang het zorgt voor gierende gitaarsolo’s die door een vierkwartsmaat snijden als een warm mes door de boter? Bovendien gaan de mannen uit van het motto dat je zo goed bent als je laatste show, en aangezien zij zich niet minder willen voelen dan gisteren, leggen ze de lat continu hoger en dat is vannacht niet anders, blijkt al snel. Het heeft wat weg van The Black Crows meets AC/DC. Dit is old school. Zelf Deep Purple schemert hier en daar door. Een van de nummers heet The Steets Don’t Lie en datzelfde geldt voor de onvervalste Aussie rocksound van The Southern River Band, die liegt er namelijk niet om. Goudeerlijk, mede dankzij de vintage versterkers. Het viertal rockers tovert de Kapel moeiteloos om in een boerenschuur, alleen het stro ontbreekt. Blues is een nauwelijks verholen ingrediënt, maar rock blijft de overhand houden. Feitelijk ontstijgt dit het niveau van de kleine Kapel, dit is stadionwaardig. 

Oscar and the Wolf (VR)

Na een uitstekende openingsdag lag de lat voor de tweede dag ongekend hoog, maar Vestrock doorstaat de lakmoesproef glansrijk. Ruim vierhonderd bezoekers overnachten op de camping, waar ze onder de hoede van de Hulster Scouts Het Jagertje, zorgeloos kunnen dromen in de wetenschap dat er de volgende dag een stevig ontbijtje van spek en eiers klaar staat. Samen met de overige festivalbezoekers, zo’n 7000 per dag, konden zij wederom genieten van een uitstekende festivaldag, wellicht de koudste in de geschiedenis van het sympathieke festival, waar Zen Link, Another Sky, Mould, Dinosaur Jr, Girlband!, Masterpeace en The Southern River Band met teveel zijn om een top drie te bevolken. Ik weiger echter nog keuzes te maken. Vestrock kachelde na een overdonderende vrijdag onverstoorbaar door en nam mij gezwind mee in de slipstream.

Ja joh! Vrijdag waren Theo en Harrij er ook bij. Lees maar hier >

Een gedachte over “Veelzijdig Vestrock kachelt zaterdag vrolijk door 

Plaats een reactie