De vakantiegoden zijn mij zelden gunstig gezind, dus ik was niet verbaasd toen ik vorige week wakker werd met een opgezwollen kaak. Uit ervaring weet ik dat zoiets met een antibioticakuur in elk geval tijdelijk is op te lossen, dus ik belde de tandartspraktijk. Ik kon niet bij mijn eigen tandarts terecht, maar een vervanger kon me die middag nog ontvangen.
Ik dacht aan een vorige keer dat ik bij een vervangende tandarts was geweest. Die neuriede tijdens de behandeling heel hard mee met slappe R&B-platen en als hij niet neuriede, was hij aan het flirten met de assistente. De vulling die hij bij mij zette, viel er naar drie maanden weer uit.
Niet veel later hoorde ik van iemand die bij dezelfde praktijk zit dat de R&B-tandarts was ontslagen. Niet vanwege die vulling en ook niet vanwege de muziek of het flirten, maar hij scheen spullen te hebben gestolen.
Nu wil ik niet beweren dat iemand met een voorliefde voor R&B per definitie niks te zoeken heeft in de medische wereld.
Ik ben namelijk ook een keer bij een fysiotherapeut geweest en die zag eruit alsof hij eigenlijk in een jaren 90 R&B-boy-band zong. Hij heette zelfs iets als D’Marcus of zo en hij vertelde me dat hij groot fan was van Jodeci. Bij de tweede behandeling had hij al door dat mijn klachten niet echt in mijn nek zaten, maar werden veroorzaakt door een andere spier. Daar kneep hij een paar keer zo hard in dat de tranen me in de ogen sprongen en sindsdien heb ik nooit meer ergens last van gehad.
Lang leve de R&B-fysiotherapeut dus.
De vervangende tandarts had zulke non-descripte muziek aanstaan dat het haast wel Sublime FM moest zijn geweest. Maar muzieksmaak zegt gelukkig niks over medische kundigheid en na vijf minuten stond ik weer buiten met een antibiotica-recept in mijn tas.
De vakantie kon beginnen.
Minke Weeda