Protomartyr laat het licht toe

„Ik ga 20 mei trouwen. De relatie was er al eerder maar is intenser geworden tijdens de pandemie. We spraken elkaar in die tijd lang aan de telefoon. Sindsdien is het alleen maar gegroeid. Dus dat is iets moois dat uit een hele donkere periode is voortgekomen.”

Foto leader: Trevor Naud

Joe Casey ziet er als een goudhaantje uit. Glimlach om de mond, blos op de wang, zwarte pet van de Detroit Tigers op zijn hoofd. Is dit werkelijk Joe Casey? De man die zwartgallige teksten spuwt op de albums van Protomartyr? Platen die je in gedachten verplaatsen naar een denkbeeldig Gotham City, een plek waar het leven zwaar is en de mensen lijden onder depressies. Maar tegelijk albums die zo wonderschoon zijn en intens, dat je erin wilt zwelgen.

Vrijdag 2 juni verschijnt Formal Growth in the Desert, het zesde album van Protomartyr. Dat album opent zoals we het gewend zijn. Of sterker nog, het lijkt wel of het slotnummer van het in 2020 – door de pandemie uitgesteld – verschenen Ultimate Success Today naadloos overloopt in het intro van Make Way, de opener van Formal Growth in the Desert. We horen Joe Casey als een crooner een rustig liedje zingen… tot de storm losbreekt. Het nieuwe album grossiert weer in gegoochel met moeilijke woorden en dubbele bodems, en de muziek van componist Greg Ahee is zo wurgend duister als vanouds. Tot de laatste maten van slotnummer Rain Garden. Muzikaal lijkt het alsof het wolkendek openbreekt en de wind gaat liggen. En Casey zingt ‘Oh my love, kiss me before I go, kiss me‘.

Dat verklaart de opgeruimde verschijning van Casey. Er is iets fundamenteels veranderd in zijn leven. „Als je het vergelijkt met de gemoedstoestand waarin ik in het begin van de pandemie verkeerde, dan kun je dit wel een positieve wending noemen”, erkent hij met een goed gevoel voor understatement. „Ik ben heel goed in het wentelen in mijn eigen ellende. Tijdens de pandemie verviel ik weer in mijn oude gedrag. Op dat moment realiseerde ik mij dat ik dat patroon nu echt moest doorbreken. Want wie weet hoeveel tijd ons nog is gegund op deze planeet. Er zijn levens die geleefd moeten worden. Ook nu mijn moeder is overleden. Zij zou niet willen dat ik alleen maar om haar rouw voor de rest van mijn leven. Die relatie bood mij een ontsnapping uit de depressie waarin ik verkeerde.”

Joe Casey, Rotown Rotterdam

Eigenwaarde
In 2018 sprak MuziScene met Casey en dat gesprek draaide grotendeels om het begrip eigenwaarde. De zanger staat erom bekend dat hij zijn bril afzet voor hij het podium opgaat, om maar niet te zien wie er in de zaal staan. Op het nieuwe album klinkt die diepgewortelde zelftwijfel ook nog door in het nummer Polacrilex Kid waarin Casey indringend zingt ‘kun je jezelf haten en toch liefde verdienen?’ Staat hij nu anders in het leven, nu hij liefde ontvangt?

„Ik heb getwijfeld of ik die zin wel moest opnemen in de tekst. Want misschien is die iets te direct. Ik heb het toch gedaan. Want ik kan mij wel blijven verschuilen achter teksten met allerlei slimme referenties en er een beetje omheen draaien. Dit verwoordt precies waar het om gaat. Rain Garden eindigt met een positieve noot en daarin worden de woorden ‘I deserve love’ uitgesproken. Dat is de slotsom van de ontwikkeling die ik heb doorgemaakt en die doorklinkt in het album. Het eerste deel gaat vooral over het omgaan met het verlies, van mijn moeder en als gevolg van de pandemie. Het zit vol met mondaine details: restaurants, parkeerplaatsen, Taco Bell; allemaal dingen waar je elke dag mee leeft. Het tweede deel verwoordt de periode waarin ik langzaam ga accepteren hoe het is: laat ik proberen dit toe te laten in mijn leven. Geleidelijk worden de teksten meer magisch, want zo gaat het als liefde in je leven komt. En ja, het voelde alsof ik die liefde ook verdiende.”

De teksten van Casey blijven altijd dicht bij hemzelf. Hij zingt over de zaken die hij meemaakt en hoe hij die ervaart. Constante is die duistere sfeer, in tekst en muziek. Soms heel direct en persoonlijk verwoord, of in een zoektocht in hoeverre hij zichzelf bloot wil geven juist verstopt achter weinig gebruikte woorden en dubbele betekenissen. Gaat die duistere sfeer verloren nu Casey levensgeluk heeft gevonden? Casey grinnikt en kijkt gitarist Ahee aan. „Nu hoop ik maar dat er geen Protomartyr-scheidingsplaat in het verschiet ligt. ‘I’m back baby’s, back on the street!‘ Nee, ik moet daar voorzichtig mee zijn. Wie weet wat de toekomst brengt.” De teksten zijn altijd gebaseerd wat Casey de maanden voor een nieuw album wordt opgenomen heeft gezien en gevoeld, en dat wil hij zo houden. „Maar ik zou het vervelend vinden als ik op een volgende plaat moet schrijven over hoe saai mijn leven nu is. Tegelijk wil ik mij niet in de ellende hoeven storten omdat er een nieuwe Protomartyr-plaat moet komen. Of in de krant op zoek moet gaan naar problemen. Nee, het volgende album wordt dus gezien mij huidige stemming een vrolijke”, grapt hij.

Greg Ahee (l) en Joe Casey

Klap
Het had niet veel gescheeld, of er was überhaupt geen nieuw album meer gekomen. Ultimate Success Today verscheen op het moment dat de pandemie uitbrak. Welgeteld één show is gespeeld ter promotie van dat album. Daarna werd het stil. Geen interviews, geen tour, geen verdiensten. Nu een nieuw album verschijnt, wordt uit de verhalen van de bandleden pas duidelijk hoe hard die klap is aangekomen bij het viertal uit Detroit (live aangevuld met Kelly Deal, onder andere bekend van The Breeders).

Casey: „Dat album voelde aan als een faliekante mislukking. We waren er totaal door uit het veld geslagen. We zijn ook niet het type band dat dan actief nieuwe nummers gaat schrijven of streaming-concerten gaat organiseren. De leden van Preoccupations zijn goede vrienden van ons. Zij hebben wel doorgewerkt aan nieuw materiaal. That pissed us off”, zegt Casey lachend.

De werkelijkheid is dat Protomartyr in feite stopte te bestaan. Ruim een jaar hadden de leden geen enkel contact met elkaar. „Er is een jaar geweest waarin ik geen moment dacht aan muziek. Ik had geen zin om te zingen, ik dronk, at en werd dik. Ik zag er geen toekomst meer in. Ik gleed weer terug naar de tijd dat ik nog niet in een band speelde, ik had geen enkel vooruitzicht. Dus… in die zin hakte het er bij ons misschien wel harder in dan bij veel andere bands.”

Casey kreeg klap na klap te verwerken. De band stopte, zijn moeder overleed, isolatie. Toch klinkt het alsof Ahee het nog zwaarder voor de kiezen kreeg. „Het was echt een hele moeilijke tijd. Ik had nergens zin meer in. Voor een lange tijd. In die periode kwam er ook een einde aan een langdurige relatie. Ik was er zo slecht aantoe dat ik niet meer wilde praten over ons album, niet meer over muziek wilde nadenken. Ik had nauwelijks contact met de andere bandleden. Ik had nauwelijks contact met wie dan ook. Punt.”

Die periode gaf de gitarist wel de tijd om af te rekenen met een probleem dat onderhuids al langer speelde binnen Protomartyr en aan hem knaagde. „Ik giet mijn ervaringen en emoties niet in woorden, maar in muziek. Die muziek is voor mij dus direct gekoppeld aan hele persoonlijke gevoelens. Dat zorgde in het verleden wel voor problemen binnen de band. Want dan schreef ik iets wat voor mij een bepaalde betekenis had, maar zodra Joe er woorden op legde, stopte het te zijn wat ik er mee wilde zeggen. Dat frustreerde mij enorm. Ik heb nu veel tijd gehad om daar meer over na te denken. Nota bene in een periode waarin het helemaal niet zeker meer was of we ooit nog een nieuw album zouden maken.”

In de diepste depressie die Ahee doormaakte tijdens de pandemie kwam de redding in de vorm van een uitnodiging een soundtrack te maken voor een korte film. Ahee nam het werk aan, om iets aan inkomen te hebben, en ontdekte al doende een nieuwe wereld. Hij verloor zich erin en maakte voor een korte film wel vijf tot zes uur muziek. „Ik had het gevoel dat ik wel door had kunnen blijven gaan. Dat brak de boel bij mij open en de creative sappen begonnen weer te vloeien.” Wat hij in dat proces ook ontdekte is dat hij een plezier en voldoening put uit het maken van muziek die het verhaal van een ander ondersteunt. „Het heeft me doen inzien dat ik er anders in moet proberen te staan. Bij dit nieuwe album heb ik daarom de muziek gemaakt in dienst van de verhalen die Joe vertelt.”

Ahee voelt zich nu bevrijd. En is tot nieuwe inzichten gekomen. Hij ziet een verschil tussen het overdragen van gevoelens en betekenissen met muziek of met woorden. „Niemand zal de muziek die ik maak precies zo interpreteren zoals ik het doe. Ik denk dat je wel een emotie kunt voelen bij muziek, maar nooit zul je daaruit mijn specifieke verhaal kunnen halen. De teksten van Joe zijn meer universeel en overdraagbaar. Mensen kunnen zich daartoe heel persoonlijk verhouden, ook al geeft iedereen er misschien een eigen interpretatie aan.” Het inzicht noemt Ahee een ‘lichtpuntje in een hele donkere periode’ omdat het afrekent met een lang gevoelde frustratie.

Het werken aan soundtracks gaf Ahee het zetje dat nodig was om uit zijn depressie te klimmen. En maakte de ruimte om weer contact te zoeken met Casey en met Protomartyr aan de slag te gaan. Met vallen en opstaan is de aloude dynamiek hervonden. De motor ging pas weer lopen nadat de band zich tijdsdruk oplegde. Voor elk geplande concert probeerde de band met elkaar twee nieuwe nummers te schrijven die, omdat ze bedoeld zijn om live te spelen, liefst kort en energiek zouden zijn. Een flink deel van die nummers is op het nieuwe album terecht gekomen, en het verklaart waarom de gemiddelde duur van de nummers op dit album wat korter is dan voorheen.

Samenspel
Met alles wat de band heeft meegemaakt en de nieuwe inzichten die Ahee heeft opgedaan, is het schrijfproces van Protomartyr wel veranderd. Ahee en Casey voeden elkaar meer dan voorheen, leggen ze uit. „Joe komt meestal pas later met definitieve teksten. Maar ik praat veel met hem en weet wat er in hem omgaat. Ik weet meestal wel ongeveer welke richting zijn teksten uitgaan. Daar begin ik mee bij het schrijven van de muziek. De nummers zijn nu minder afgerond als we er mee de studio in gaan. Dan kunnen we daar de muziek en teksten nog op elkaar afstemmen.”

„En dat leidt tot verrassingen, ook voor onszelf”, vertelt de zanger. „Voor The author schreef Greg iets lichtvoetigs, muziek waar ‘licht’ in zit. Hij wist dat ik wel iets zou gaan schrijven over het overlijden van mijn moeder, maar had dus nooit verwacht dat ik dat bij dit nummer zou doen. Graft vs Host gaat ook over mijn moeder. Dat heeft een sonisch landschap dat zich goed leent voor meer donkere emoties. Ik voelde in die muziek de emotionele spanningsboog en dat maakt het schrijven voor mij gemakkelijk. Maar The Author was voor mijn gevoel juist perfect om iets te raken van de lichtheid en de liefde die mijn moeder mij gaf en die me gaande houdt.”

Ahee: „En wat voor mij mooi was, is dat toen Joe de teksten van The Author in de studio inzong, ik op het idee kwam om een met effecten bewerkte pedaal steel-gitaar toe te voegen. Het is een voorbeeld van hoe Joe en ik elkaar voeden en inspireren zoals we nog niet eerder hebben gedaan. Nog een voorbeeld: Rain Garden, dat wat tekst betreft een van de meest donkere en confronterende nummers had kunnen worden, is nu een liefdeslied. Om dat te benadrukken hebben we het einde qua muziek zo aangepast dat het romantischer aanvoelt.”

Foto: Trevor Naud

Controle
Dat Protomartyr dit keer met minder afgeronde ideeën de studio in trok – overigens in de Amerikaanse woestijn, wat een deel van de titel van de plaat verklaart – maakte ruimte voor inbreng van producer Jake Aron. „Eerder gingen we pas de studio in als we heel precies wisten hoe elk nummer gespeeld moet worden en hoe de nummers in elkaar zitten. Nu was het meer een open einde, wat het eng maar tegelijk ook meer opwindend maakte”, vertelt Ahee die uitstraalt dat hij de controle over de productie van het werk van Protomartyr liefst volledig in eigen hand houdt.

Die behoefte aan controle komt aan het licht als ter sprake komt welke rol een producer eigenlijk kan spelen bij een band met zo’n gedefinieerde sound als Protomartyr. Ahee schuift daarbij naar het puntje van zijn stoel en gaat rechtop zitten: „Vooraf praten we altijd uitgebreid met mensen waarmee we willen werken, zelfs nog voor we studiotijd hebben geboekt. En wat ik altijd check en heel zeker wil weten is of ze kunnen instemmen met het uitgangspunt dat wij beslissen wat er gebeurt. Dat moet goed worden begrepen. Zo hebben we altijd gewerkt, of het nu gaat om een producer of een label; wij zijn degenen die zeggenschap hebben over wat er gebeurt. Want er zijn producers die het toch in hun visie willen gieten. En dat is prima, maar het is niet hoe wij willen werken. Zelfs op momenten als we onzeker over beslissingen zijn, dan willen we eerst onze eigen weg proberen te vinden.”

Jake Aron overleefde die verhoren, stemde in met het uitgangspunt, maar kreeg gaande weg toch een grotere vinger in de pap, vertelt Ahee. Vooraf was hem enkel een rol als engineer toebedacht, maar uiteindelijk delen Ahee en Aron de productie credits. De ruimte daarvoor ontstond door de werkwijze die Ahee wilde volgen. In korte tijd werden de basistracks voor alle nummers opgenomen. Daarna trok hij nog dagen uit om zelf van alles uit te proberen. „Als er van honderd ideeën die ik inspeel er eentje overblijft, kan dat er wel een zijn die het hele nummer maakt. Dat maakt de tijd die het kost om het allemaal na te gaan, toch de moeite waard.” In het kiezen wat wel en wat niet te gebruiken, speelde Aron een belangrijke rol. En hij dacht zelf mee. „De meeste van zijn ideeën hebben we gebruikt omdat het gewoon hele goede ideeën zijn. Het was soms heel fijn om zijn ‘voice of reason‘ er bij te hebben om wegwijs te worden in al mijn idiote ideeën.”

Casey bromt bevestigend. „We werken het liefst samen met producers die niet bekend staan als ‘rock producers’. Aron heeft vooral ervaring met het mixen van experimentele r&b-albums waarin vernieuwende sonische elementen worden gebruikt. Wij hebben een sound die in de kern vastligt. Drummer Alex Leonard heeft een herkenbare stijl en ik zal altijd als mijzelf blijven klinken… Dan kan een producer met andere invloeden ons net even uit het vaste spoor trekken, zonder dat de boel helemaal uit elkaar valt.”

Ahee bakent die opening snel af: „Het hangt allemaal af van wat een song nodig heeft. Misschien komt er een moment dat we wel nieuwe ideeën voor muziek hebben maar niet goed weten hoe we dat kunnen uitvoeren. Dan kan het werken om iemand erbij te halen die een actievere rol speelt in het structureren of misschien zelfs wel in het schrijven van nummers. Maar voorlopig hebben we zelf nog ideeën genoeg. Dus pas als mijn creatieve bron opdroogt, is het misschien zover.”

Plaats een reactie