Het is een even trieste als feitelijke constatering: m’n zintuigen gaan er op achteruit. M’n ogen zijn niet meer je-dat. Wanneer ik ’s avonds de krant wil lezen, zijn m’n armen te kort om de kleine lettertjes te lezen. Aangezien ik nog in een ontkenningsfase zit, schrijf ik dat maar toe aan een leeslamp met te weinig wattage. M’n oren zijn rijp voor de sloop, na bijna vijf decennia onbeschermd concertbezoek, dj’en en muziek luisteren. Komt bij dat me vaak wordt verweten niet te wíllen luisteren. En nou twijfel ik ook steeds vaker aan m’n beoordelingsvermogen.
Neem The National. Wijd en zijd geroemd. Prima platen gemaakt, daar niet van. Maar de twee keer dat ik de band live zag, ging ik bijna dood van verveling. En nu zijn daar de Lambrini Girls. Afgelopen week las ik in de Volkskrant en in m’n lijfblad – het Belgische Humo – twee ronkende artikelen bij het uitkomen van hun debuutplaat Who let the dogs out. Ook in deze kolommen werd er kwistig met complimenten gestrooid voor Lily Maciera en Phoebe Lunny, de twee frontvrouwen van de band. Punkpeetvader Iggy Pop is ook al fan. Misschien komt het omdat ik me afvraag in hoeverre activistische of politiek getinte muziek daadwerkelijk een verschil maakt, nu je op eender welk dorpsfeest een complete parochie vrolijk ‘fuck you, I won’t do what you tell me’ kunt mee horen blèren. En ik huldig het adagium ‘a whisper can be louder than a scream’.
Hoe dan ook: ik trek Lambrini Girls niet. Twee keer zag ik de band live. Op gepaste afstand van de moshpit, want ik heb m’n eigen tanden nog en dat wil ik graag zo houden. Wat ik zag en hoorde? Veel geschreeuw en van de resterende wol kon ik niet eens een babyrompertje breien. Nu God en Klein Pierke over elkaar heen buitelen om de lof te bezingen over Lambrini Girls, vraag ik me serieus af of er wat mis is met me. Ik bekeek de videoclip van Love dan maar en die klonk me niet eens zó slecht in de oren. Toch voelde ik niet de aandrang om naar de dichtstbijzijnde platenboer te hollen. Prima dat Lily en Phoebe zich identificeren als die/hen, in een tijd waarin anti-woke welig tiert. Dat ze zich uitspreken over sociale ongelijkheid en het feit dat vrouwen in tal van beroepen minder betaald krijgen dan mannen in dezelfde functie. Dat ze het hebben over queer zijn in een heteronormatieve wereld. Dat ze tekeer gaan tegen de verkrachting en moord van een vrouw door nota bene een politieman in Engeland. Over de plaag van gentrificatie in grote steden. Over waar het in de muziekindustrie nog altijd om draait: geld. En dat ze een optreden stilleggen wanneer het er iets te ruw aan toe gaat en vrouwen in het publiek daardoor in het gedrang komen. Chapeau.
Maar tot op heden pruim ik hun muziek niet. Ligt het aan mij? Ben ik misschien één van die hypocriete ‘male chauvinistic pigs‘ waar de dames een bloedhekel aan hebben? Ik ga nog een keer een poging wagen om me in hun muziek te verdiepen. Kom ik er dan nog niet uit: excuses Lambrini Girls! Trek je er verder niks van aan. Gewoon doorgaan.
DJ 45Frank