Protomartyr – Formal Growth In The Desert

Schijnt bedriegt. Het album Ultimate Success Today van Protomartyr eindigt met Worm in Heaven. We horen Joe Casey croonen. En dan lijkt het alsof de tijdlijn ononderbroken wordt voortgezet als je Formal Growth In The Desert opzet en Make Way klinkt. Die twee nummers lijken één continuüm te vormen. Niets is minder waar.

In werkelijkheid heeft Protomartyr de pandemie maar net overleefd. Niet door de ziekte zelf, maar door de kaakslag die de band te verwerken kreeg omdat zij hun net afgeronde album niet konden benutten. Geen aandacht, geen publiciteit, geen tour. De leden trokken zich terug en hadden zelfs pakweg een jaar geen enkel contact met elkaar.

Dat er nu toch een nieuw album ligt, is een klein wondertje. Eenmaal de moed weer bijeengeraapt bleek de band nog gewoon te functioneren en vloeiden de creatieve sappen weer. Greg Ahee deed tijdens de pandemie ervaring op met het schrijven van soundtracks voor films. Het nieuwe werk van Protomartyr profiteert daarvan. Zelf noemt de componist het ‘meer cinematografisch’. Wat wij horen is dat het toch al duister overrompelende werk van Protomartyr nog net iets grootser klinkt. Maar in essentie horen we dezelfde band, alsof de tijdlijn ononderbroken wordt voortgezet. Opnieuw is het een uitstekend en boeiend album. Het is nog steeds rauw, dreigend, confronterend maar ook poëtisch tegelijk dankzij de teksten van Joe Casey die hij als vanouds voornamelijk praatzingend uitspuwt. ‘Can you hate yourself and still deserve love’, vraagt hij zich af in Polacrilex Kid.

Maar schijn bedriegt. Want er is wel degelijk het een en ander veranderd in de wereld van Protomartyr. En dat horen we aan het einde van Formal Growth In The Desert. Dan prikt er ineens een zonnestraaltje door het Blade Runner-achtige toneel dat de band uit Detroit ons doorgaans voorschotelt. ‘Oh my love, my love. Kiss me before I go, kiss me, kiss me’, herhaalt Casey keer op keer in het nummer Rain Garden. Niet manisch of cynisch, zoals we het uit zijn mond gewend zijn. Nee, het is een oprechte lofzang, op de liefde.

Plaats een reactie